Het Zeeuws Orkest (HZO) wil het publiek in zijn concertreeks steeds verrassen. Het Najaar concert zorgt voor twee enorme verrassingen en het is duidelijk dat de huidige programmering uit een ander vaatje tapt. In het Scheldetheater in Terneuzen schitterde vrijdag 15 november 2024 zowel het orkest als soliste Lidy Blijdorp. Het programma is met zorg samengesteld. Evenwichtig ook. De Ouverture Willem Tell met het bekende thema van galopperende paarden, was een lekkere binnenkomer en hetzelfde thema kwam terug in de 15de symfonie van Sjostakovitsj. De keuze voor het celloconcert van Elgar en de laatste symfonie van Sjostakovitsj is een vondst. Deze door de componisten laatste geschreven werken, geven een kijk op de dood en de sterfelijkheid.
De ouverture die een beeld schets van de vrijheidsheld en kruisboogschutter Willem Tell werd met zichtbaar enthousiasme gespeeld, zingende cello’s en pizzicato spelende contrabassen zorgden voor een landelijke sfeer van rust. De koperblazers illustreerden de strijdvaardigheid. Dirigent Ivan Meylemans, nu eens letterlijk op de bok, stuurde zijn musici feilloos. Alles werd vinnig, ritmisch en accuraat gespeeld.
Ik heb in mijn leven vele beroemde cellisten het celloconcert van Elgar zien spelen, (waaronder Rostropovitsj, Tortellier, Wispelwey, Maisky, Mørk en Yo-Yo Ma), de een al eigenzinniger dan de ander. Lidy Blijdorp verraste me met een heel persoonlijke, emotioneel geladen uitvoering. Zij had een eigen visie en drong deze ook op aan het orkest. Dirigent Meylemans volgde haar precies en dwong zijn musici om de aparte ingelegde rusten en vooral de verstilde momenten te respecteren. De historische vertolking door Jacqueline du Pré is jarenlang het voorbeeld geweest voor cellisten. Lidy Blijdorp pakt het anders aan. Zij kleurt de weidse melodieën in, en speelt in volle vrijheid met heel haar wezen vanuit het hart. Heel bijzonder vond ik dat ze nooit gebruik maakte van die vette glissando’s (inclusief pathos), waar andere grote cellisten zich wel van bedienden. Door de strijkstok even op te lichten en dan de lage toon vol te strijken bereikte zij een veel groter dramatisch effect. Haar tempokeuzes en extra pianissimo’s zorgden voor een andere dynamiek. Je hoeft het niet eens te zijn met haar interpretatie, maar haar uitvoering was wel apart, eigenzinnig, boeiend en intrigerend.
En dan na de pauze de laatste symfonie van Sjostakovitsj waar je met veel fantasie de ziekenhuisgeluiden kunt registreren. Een totaal andere Sjostakovitsj. Deze keer zonder pathos of een grote orkestklank. Eerder een borduurwerk met verschillende (in)steken. Een instrumentatie waarbij elke musicus van de eerste tot de laatste minuut op het puntje van zijn stoel moet zitten. De vele kleine solo’s die door alle instrumentengroepen gespeeld moeten worden verhogen de moeilijkheidsgraad. De inbreng van de vele slagwerkinstrumenten en zelfs (door de klarinettist bespeelde) celesta waren indrukwekkend. HZO maakte duidelijk dat het ook subtiel en intens muziek kan maken. Het cynisme spetterde in het Allegretto en de meditatieve cellosolo (in een twaalftonenreeks) werd prachtig beheerst gebracht in het Adagio. De humor kwam goed over in het citaat uit de Willem Tell ouverture en de groteske dans in het Allegretto waarin de fagotten, andere houtblazers en strijkers en trompetten uitblonken, klonk sprankelend. Het is een werk dat bijna nooit uitgevoerd wordt, maar veel mogelijkheden biedt aan de musici om te laten horen wat ze in hun mars hebben. Vrolijkheid en berusting wisselen elkaar af en alles komt tot stilstand na een opgeruimd vrolijk majeurakkoord en enkele tonen van de vibrafoon…. HZO durft nieuwe routes te kiezen. Chapeau. Nog te zien zaterdag in de Mythe Goes 20.00 en zondag in de Zeeuwse Concertzaal Middelburg 15.30 uur.
Jeanette Vergouwen-de Caluwe